Living Lab Learning For The Future Dva 4056

Daar heb ik geen actieve herinnering aan

‘Daar heb ik geen actieve herinnering aan’ is een populaire truc aan het worden. Slaat die wel ergens op?

Steeds vaker zeggen politici en verdachten ergens ‘geen actieve herinnering’ aan te hebben. Premier Rutte blies het retorische foefje nieuw leven in, maar is er niet de uitvinder van.

Op zijn schoen zat dna van Carlo Heuvelman, maar of Sanil B. het slachtoffer heeft geschopt, daar heeft hij ‘geen actieve herinnering’ aan. Het zijn woorden die het favoriete excuus van premier Mark Rutte echoën. De actieve herinnering is een retorische truc geworden die steeds vaker wordt toegepast. Maar waar komt de term vandaan en bestaat er wel zoiets als een actieve herinnering?

Sinds Rutte de uitdrukking gebruikte in het beruchte ‘functie elders’-debat over Pieter Omtzigt in het voorjaar van 2021 duikt de actieve herinnering, of het gebrek daaraan, overal op. In de Tweede Kamer, de rechtbank, of bij de parlementaire enquête over Gronings gas. ‘Het gebruik is nu zo ingeburgerd dat de term een plekje in de Van Dale heeft verdiend’, zei hoofdredacteur Ton den Boon van het woordenboek vorige week. Er is bovendien een boek verschenen met de titel Daar heb ik geen actieve herinnering aan – de memoires van Rutte. Wie het openslaat, bladert door een blanco notitieblok.

Ridouan T., hoofdverdachte in het liquidatieproces Marengo, was een van de eersten die zich de term van de premier eigen maakte. Een week na het Omtzigt-debat zei T.: ‘Zoals Mark Rutte het zei: daar heb ik geen actieve herinnering aan.’

Lees het hele artikel in de Volkskrant.